Pastapiu

Analisi del sangue, bloedonderzoek

 

De jonge vrouw die tegenover mij aan het bureau zat, keek mij zeer bedenkelijk aan. “Dat is onverantwoord”, zei ze. “Jij lijdt aan hoge bloeddruk!” 

“Ik lijd niet”, probeerde ik nog lachend, “ik voel er helemaal niets van”.

Maar ze was onvermurwbaar, ik moest eraan geloven!

Ik zat voor de eerste keer bij mijn Italiaanse huisarts. Enkele jaren geleden heeft mijn toenmalige Nederlandse huisarts mij tabletjes voorgeschreven omdat hij mijn bloeddruk aan de hoge kant vond. Sindsdien slik ik die tabletjes heel trouw en ging ik één keer per jaar naar de praktijkondersteuner voor bloedonderzoek en een algehele check. In de tussenliggende periode bestel ik dat medicijn gewoon via de receptenlijn. Na onze emigratie was dit de eerste keer dat ik aan een herhalingsrecept toe was. Van mensen uit ons dorp had ik al veel goeds gehoord over onze dottoressa. Zij vervult de functie van huisarts in het dorp sinds een jaar of vier en haar praktijk bevindt zich op een andere plek dan die van haar voorganger Luigi, die wij wel kennen omdat hij na zijn pensionering een aantal jaren de verantwoordelijke taak van burgemeester heeft uitgevoerd.

Zo moest ik dus op zoek naar de dokterspraktijk. Uiteraard is dat niet zo moeilijk in een dorp waarvan de kern bestaat uit één omhoog slingerende straat. Op de plek waar ooit de bar was gevestigd stonden een paar mensen te keuvelen in het zonnetje en ik dacht, laat ik daar eens vragen. En jawel, de dokterspraktijk is gevestigd in het eeuwenoude pand, dat ooit dienst deed als koffiebar. Daar waar bar en koffiemachine ooit stonden, liggen nu wat gezondheidsfolders op een tafeltje. En op de plek waar vroeger mensen zaten met een cappuccino en brioche, staat nu het bureau van de dottoressa. Deze ruimte is af te sluiten met een provisorisch aangebrachte schuifdeur. De wanden vertonen de sporen van vroegere functies en tegels hangen doelloos aan de muur. 

De dottoressa is een jonge vrouw, vriendelijk en vastbesloten. Er was geen speld tussen te krijgen, ondanks mijn tegenwerping dat het een half jaar geleden in Nederland was gedaan, moest ik een bloedonderzoek laten doen. “Je gaat daarvoor naar de plek waar je de inschrijving van de ziekteverzekering hebt geregeld”, zei ze terwijl ze mij een handgeschreven brief overhandigde. En zo toog ik de volgende ochtend naar Novafeltria, naar het gebouw van de AUSL, het Italiaanse ziekenfonds, niet wetende dat een paar dagen eerder een aantal functies was overgedragen aan het ziekenhuis. Ook de bloedafname. Ik stond dus aan een gesloten loket, waar door middel van een briefje werd verwezen naar het Ospedale, dat even buiten het centrum ligt. De receptioniste van het ziekenhuis wees de weg naar de juiste afdeling, maar vertelde erbij dat ik waarschijnlijk te laat was. Het was inmiddels vijf over half tien. Inderdaad, “bloedafname vindt plaats tot 9.15 uur”, aldus een kordate infermiere, verpleegkundige in kanariegeel uniform. “Kom morgen maar terug.”

Zelfverzekerd stapte ik de volgende ochtend om acht uur het ziekenhuis in, wandelde naar de juiste afdeling, trok een nummertje uit de automaat en nam plaats tussen een tiental andere wachtenden. Toen mijn nummer digitaal oplichtte stond ik op, ging de ruimte in waar ik velen voor mij naar binnen had zien gaan en overhandigde de brief van de dottoressa aan de vrouw in het kanariegele uniform. Zij herkende mij van de dag ervoor, wierp een blik op de brief in haar hand, keek mij weer aan en vroeg “neem me niet kwalijk, wat moet ik daarmee?” “Ehm, ehm, kweet niet…….., gekregen van de huisarts…….”, stamelde ik.

“Mevrouw, u moet zich eerst aanmelden bij de Cassa”, zei de kanarie en ze trok me aan een arm de gang op en wees naar een andere gang. “Voorbij de bar aan de linkse kant vind je de Cassa”, zei ze. “Ga daar maar eerst inschrijven.”

Ik liep in de richting die mij was aangewezen en zag inderdaad een soort van uithangbord aan de muur waar heel groot Cassa op stond. Om bij de Cassa te komen passeer je de bar, waar het heerlijk naar koffie geurde en waar een vrolijke kakofonie van stemmen heerste, zoals dat gebruikelijk is ’s ochtends in de Italiaanse koffiebar. Hoe groot was de tegenstelling met de Cassa. Een grote zaal, het lijkt wel een bioscoop, vier lange rijen stoelen die staan opgesteld met zicht op de drie loketten die naast elkaar tegen een wand zijn aangebracht. Ook hier weer, nummertje trekken en wachten. Er zaten tientallen mensen te wachten, stil voor zich uit starend of kijkend naar de loketten, waar enig geroezemoes waarneembaar was. Het enige vrolijke geluid kwam van een kleuter in een wandelwagen, die brabbelend zat te spelen met een plastic doosje. Eindelijk verscheen mijn nummer op het scherm. Ik ging naar het betreffende loket en werd weer vol ongeloof aangekeken vanwege de brief die ik overhandigde. En weer moest ik wachten, want loket nummer drie wist niet wat te doen met mijn brief en verwees mij naar loket nummer een. De mevrouw aan loket nummer een bleek dezelfde te zijn die onze verzekering bij de AUSL had geregeld. Zij zocht in haar computer, printte een formulier dat ze mij overhandigde en zei “daarmee ga je terug naar de huisarts”. Om er zeker van te zijn dat ik het goed had begrepen, ging ik met mijn formulier toch nog even langs bij de afdeling bloedafname, maar voor enige activiteit daar was het natuurlijk weer te laat. De kanarie was er nog, zij bekeek mijn formulier en zei vriendelijk dat, om in aanmerking te komen voor bloedafname, de huisarts met dat formulier een ander formulier moest maken, waarmee ik dan terug moest komen…………..

Hoezo Italiaanse bureaucratie?

Ik ben vergeten te vragen of ik eerst weer langs de Cassa moet….